Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 september 2025 het uitstel van de Brusselse lage-emissiezone (LEZ) geschorst. Daarmee vervalt voorlopig het besluit van het Brussels Parlement dat de invoering van de strengere emissienormen met twee jaar wou uitstellen, tot 1 januari 2027.

Wat besliste het Hof precies?

Het Hof verklaarde de Brusselse ordonnantie en haar update van 21 maart 2025 strijdig met de zogenoemde “standstill-verplichting” van artikel 23 van de Grondwet.
Volgens die bepaling mag een bestaand beschermingsniveau voor de volksgezondheid niet worden verlaagd zonder gegronde reden.

Door het uitstel zou het verbod op EURO 5-diesel– en EURO 2-benzine-voertuigen pas op 1 januari 2027 in werking treden, terwijl dit oorspronkelijk gepland was voor 1 januari 2025.
Het Hof volgde de argumentatie van burgers en milieuorganisaties, die stelden dat het uitstel een “onherstelbaar nadeel” zou toebrengen aan onder meer kinderen met chronische ademhalingsproblemen.

Gevolgen van de schorsing

De Brusselse ordonnantie is geschorst in afwachting van een definitieve vernietiging binnen drie maanden.
De ontslagnemende Brusselse regering, die nog bevoegd is voor dit dossier, onderzoekt momenteel welke uitzonderingsmaatregelen kunnen worden toegestaan.

Er wordt onder meer gesproken over:

• het opschorten van boetes tot 31 maart 2026;
• gereduceerde tarieven voor het openbaar vervoer voor sociaal zwakkeren en ambulant verplegend personeel;
• mogelijke bijkomende overgangsmaatregelen voor specifieke doelgroepen.

Volgens Brussels minister van Leefmilieu Alain Maron (Ecolo) worden er voorlopig geen boetes uitgeschreven.
Bestuurders zullen via informatiecampagnes op de hoogte worden gebracht van de huidige situatie.
Toch dreigt de beslissing duizenden pendelaars uit Vlaanderen en Wallonië te treffen, die dagelijks met oudere voertuigen naar de Brusselse rand pendelen.

Boetes en verschillen tussen gewesten

De huidige boete voor overtreding van de LEZ-regels bedraagt € 350 en kan maximaal één keer per trimester worden opgelegd, wat neerkomt op een jaarlijkse maximumboete van € 1 400.

De situatie verschilt sterk tussen de drie gewesten:

• Wallonië besliste op 26 april 2024 om de geplande lage-emissiezone voor het hele gewest volledig af te schaffen.
• Vlaanderen kent enkel een LEZ in Antwerpen en Gent. Het Vlaamse regeerakkoord 2024-2029 bepaalt dat de regels niet strenger mogen worden dan deze van 1 september 2023.

Er is dus geen bijkomende verstrenging voorzien in Vlaanderen vanaf 2025.

Debat over reikwijdte van de Brusselse LEZ

De vraag rijst of de strengere Brusselse regeling niet beter zou worden beperkt tot de binnengemeenten.
Aan de rand van het gewest bevinden zich immers nog industriële zones, en net ten noorden – op Vlaams grondgebied – ligt de luchthaven van Zaventem, waar uitbreiding van de activiteiten gepland is.
Ook daar stelt men zich vragen over de impact op de luchtkwaliteit en de fijnstofuitstoot.

Old- en youngtimers: vrijstelling en fiscale aandachtspunten

Opmerkelijk is dat voertuigen van voor 1995 wél toegelaten blijven binnen de Brusselse LEZ.
Voor oldtimers gelden duidelijke voorwaarden en een automatische vrijstelling:

• Het voertuig is ingeschreven in België.
• Het voertuig is meer dan 30 jaar oud.
• Het voertuig is ingeschreven als oldtimer met een nummerplaat beginnend met “O” of “1-O”, of een gepersonaliseerde oldtimerplaat.
• Het voertuig wordt niet gebruikt voor commerciële doeleinden (uitsluitend privégebruik).

Wanneer aan deze voorwaarden wordt voldaan, is de vrijstelling automatisch en onbeperkt geldig.
Er hoeft geen aanvraag te worden ingediend, en men mag zonder beperking in de Brusselse LEZ rijden.

Oldtimer inschrijven op naam van een vennootschap

Een old- of youngtimer kan in principe ook op naam van een vennootschap worden ingeschreven, maar dat is zelden fiscaal interessant.
De belangrijkste aandachtspunten:

• Geen professioneel gebruik: voertuigen met een O-plaat mogen niet gebruikt worden voor beroepsdoeleinden, woon-werkverkeer of bezoldigd vervoer.
• Kosten niet aftrekbaar: in principe zijn de kosten van een oldtimer binnen de vennootschap niet fiscaal aftrekbaar.
• Uitzondering voor commerciële collecties: enkel wanneer de voertuigen als handelsvoorraad geboekt zijn (met het oog op wederverkoop) kunnen kosten in aftrek komen, maar meerwaarden zijn dan belastbaar.
• Klassieke inschrijving: een oldtimer kan ook als ‘gewoon’ voertuig worden ingeschreven, met jaarlijkse keuring, verkeersbelasting en een voordeel alle aard – maar zonder gebruiksbeperkingen.

Fiscaal advies

Het is doorgaans voordeliger om een oldtimer privé aan te kopen met middelen uit bijvoorbeeld dividenduitkering.
Binnen een vennootschap zijn de kosten zelden aftrekbaar, en bij verkoop is de meerwaarde belastbaar.
Aangezien elke situatie anders is, blijft individueel fiscaal advies aangewezen.

Geen wijzigingen voor EURO 6- en EURO 7-voertuigen

De uitspraak van het Grondwettelijk Hof heeft geen gevolgen voor voertuigen met EURO 6– of toekomstige EURO 7-norm.
De bestaande kalender blijft ongewijzigd.

Er is een duidelijk onderscheid tussen:

• Diesel- en diesel-hybride voertuigen
• Benzine, benzine-hybride (inclusief plug-in), LPG en CNG-voertuigen

Voertuigen van deze laatste categorie met homologatie vanaf EURO 6d mogen tot eind 2034 het Brussels Hoofdstedelijk Gewest binnenrijden zonder boete.
100 % elektrische voertuigen blijven uiteraard volledig vrijgesteld.

Samenvatting

De beslissing van het Grondwettelijk Hof herstelt voorlopig de oorspronkelijke LEZ-kalender in Brussel.
Hoewel boetes voorlopig worden opgeschort tot minstens 31 maart 2026, blijft het belangrijk om de verdere politieke besluitvorming op te volgen.
Werkgevers, fleetbeheerders en particulieren doen er goed aan hun voertuigenbestand, car policy en fiscale aanpak tijdig aan te passen.

(1) De lage-emissiezone omvat niet de Brusselse ring en bepaalde toegangswegen tot Park-and-Ride-parkings.