Op de openbare weg worden elektrische voertuigen steeds meer zichtbaar. Vooral in Vlaanderen zijn de publieke laadpalen stilaan een vast onderdeel geworden van het straatmeubilair. Wij bekijken welke verkeersregels er vandaag gelden met betrekking tot laden en laadkabels en de geldige verkeersborden.
Laadkabels mogen geen hinder veroorzaken
Wie zelf niet over een laadpaal beschikt en toch voor zijn deur wenst te laden heeft vaak enkel de mogelijkheid om het voertuig te verbinden met een laadkabel die over het voetpad loopt. Hierdoor kunnen voetgangers hinder ondervinden of zelfs struikelen. De wegcode (1) bepaalt dat “het verboden is het verkeer te hinderen of onveilig te maken door voorwerpen, zwerfvuil of stoffen op de openbare weg te plaatsen, achter te laten of te laten vallen”. Indien een laadkabel niet strak genoeg over het voetpad loopt overtreedt men die verbodsbepaling. De stad Brugge vraagt daarom bijvoorbeeld om de kabel te bedekken met een voldoende zware mat. Andere gemeenten waaronder Laarne voorzien de mogelijkheid voor inwoners om kabelgoottegels te voorzien wanneer ze niet op privéterrein kunnen opladen. In Mechelen loopt momenteel een proefproject waarbij de laadkabel door een speciale paal 2,5 meter boven het voetpad is opgesteld. De regels kunnen verschillen per stad of gemeente.
Voorbeeld van het reglement van de stad Gent : Het is niet toegelaten om een elektrisch voertuig op te laden door een eigen laad- of verlengkabel over het voetpad te leggen. Het is ook niet toegelaten om een kabelgoot in het voetpad te voorzien. De stad Gent zal in dit geval het voetpad in oorspronkelijke staat herstellen op kosten van de veroorzaker. Voorbehouden parkeerplaatsen voor elektrische voertuigen zijn uitsluitend voorzien aan publieke laadpalen.
Niet iedereen kan voor zijn voordeur laden
Het is nu al duidelijk dat niet iedereen voor zijn voordeur zal kunnen laden. Dit zou zeker in stedelijke omgevingen leiden tot te veel voorbehouden parkeerplaatsen. Een eerste stap die zou kunnen helpen is de opheffing van de verplichting om rechts te parkeren ten opzichte van de rijrichting. Vandaag bestaat hierop enkel een uitzondering voor woonerven en straten met éénrichtingsverkeer. De huidige verplichting om een stilstaand of geparkeerd voertuig rechts ten opzichte van de rijrichting te parkeren kan problematisch zijn als de laadkabel niet voldoende lang is omdat hij aan de linkerzijde van het voertuig moet worden ingeplugd. Steeds meer openbare laadpalen bieden de mogelijkheid in te pluggen bij twee achtereenliggende parkeerplaatsen waarbij de laadpaal in het midden is opgesteld aan de scheiding van twee parkeerplaatsen. Het is de bedoeling om de verplichte rechtse positionering ten opzichte van de rijrichting in deze gevallen op te heffen voor voertuigen die extern kunnen worden opgeladen. De positionering van de laadkabels kan dan veel soepeler gebeuren met minder hinder voor andere weggebruikers.
Verkeersborden voor het opladen van elektrische voertuigen
Volgens de wegcode (artikel 70.2.1, 3°, h) moet een parkeerplaats die voorbehouden is voor elektrische voertuigen (bv. aan laadpalen) aangeduid zijn met een verkeersbord E9a ‘parkeren toegelaten’ (blauw bord met een witte P) met daaronder een bord waarop het symbool van een stekker is afgebeeld. Deze combinatie van borden geeft aan dat parkeren op die plaats is voorbehouden voor elektrische voertuigen. Gebruikers van elektrische voertuigen moeten hier in principe geen parkeertarief betalen maar moeten wel betalen voor het stroomverbruik bij het laden. Gemeenten kunnen echter wel een parkeerretributie opleggen. Dat staat dan aangeduid op een extra onderbord. Elektrische voertuigen zijn in dit geval voertuigen die 100% elektrisch zijn en ook plug-inhybrides (met zowel een verbrandingsmotor als een elektrische motor). Wie met een ander type voertuig op een dergelijke plaats parkeert begaat een eerstegraadsovertreding en riskeert een boete van 58 euro. Elektrische voertuigen die parkeren op een aan hen voorbehouden parkeerplaats, maar niet opladen, begaan geen overtreding, tenzij er een apart onderbord stelt dat je er enkel mag geparkeerd staan terwijl je effectief laadt (al dan niet met een tijdsbeperking, bv. maximum 3 uur).
Verkeersborden voor elektrische voertuigen
Verkeersbord E9a ‘Parkeren toegelaten’ kan vanaf 1 maart 2014 worden aangevuld met een onderbord waarop het symbool van een stekker is afgebeeld. Dit bord geeft aan dat het parkeren is voorbehouden voor elektrische voertuigen.
De categorie van voertuigen mag worden afgebeeld op dit onderbord. Bijvoorbeeld: enkel voor personenwagens en dus in dit geval niet voor elektrische bussen of vrachtwagens.
Beperking van de parkeertijd
De huidige wetgeving bepaalt niet dat een voertuig ook effectief moet opladen op een parkeerplaats voor elektrische wagens. Een uitzondering op die regel bestaat als er een apart onderbord is geplaatst bij het verkeersbord dat aangeeft dat je er enkel geparkeerd mag staan indien het voertuig effectief laadt. Er kan verder ook een algemene tijdsbeperking worden aangegeven. Lokale besturen kunnen een beperking van de parkeertijd voor elektrische auto’s voorzien als maatregel tegen het zogenoemde “elektrisch parkeer egoïsme”. Een specifiek verkeersonderbord herinnert automobilisten die een laadplek willen gebruiken eraan om er niet langer dan een bepaalde tijd te parkeren om te laden. Het doel is de laadinfrastructuur efficiënter te maken.
Voorbeeld uit het reglement van de gemeente Blankenberge: De parkeerplaatsen voorbehouden voor het opladen van elektrische voertuigen mogen enkel ingenomen worden door voertuigen voor een maximale duur van 4 uur met als doel het voertuig op te laden. Indien de stekker van het elektrisch voertuig niet in het stopcontact zit of de voorbehouden parkeerplaats door een niet-elektrisch voertuig wordt ingenomen, of het opladende voertuig langer dan 4 uur in beslag neemt, is door de bestuurder van het voertuig een retributie verschuldigd conform de volgende modaliteiten:
- Een forfaitair bedrag van € 50,00 per dag
- Van toepassing 24u op 24, ook op zon- en feestdagen
- De retributie dient betaald te worden binnen de acht dagen na ontvangst
Voetnoot (1) : Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.