De fiscale regels voor kampeerauto’s, motorhomes of campers zijn zeer complex in ons land. Dat is geen verrassing, maar het is toch nuttig om alles eens op een rijtje te zetten, omdat er heel wat vragen zijn rond de fiscale behandeling ervan. Zijn het namelijk personenwagens of bedrijfsvoertuigen?
De basis van alles is de erkenning van de motorhome als omgebouwde minibus, vrachtwagen of lichte vracht (bij de homologatie), dan wel als zogenoemde camper (categorie M1). Het is de invoerder van de auto die dit per voertuig kan bevestigen en is ook terug te vinden op het gelijkvormigheidsattest en het inschrijvingsbewijs.
Principe van kampeerauto/motorhome/camper
Om als kampeerauto/motorhome/camper te worden erkend, moet het voertuig beschikken over een keukentje (kitchenette), een bed, bergruimte en een tafel. Als het voertuig een MTM (maximaal toegelaten massa) heeft van meer dan 3,5 ton of meer dan 8 personen kan vervoeren (de bestuurder niet meegerekend), kan het hoe dan ook niet met een rijbewijs B worden bestuurd en is – indien de MTM lager ligt dan 7,5 ton – een rijbewijs C1 vereist, met een verplicht medisch attest). Bovendien zal voor de zware voertuigen waarvoor een C-rijbewijs nodig is de belastingheffing verschillen (van een forfaitair bedrag tot een bedrag per as), afhankelijk van het gewest van inschrijving. In ieder geval moet je ook hier in de verschillende gewesten geen BIV betalen.
Regionale fiscaliteit voor campers/mobilhomes: verkeersbelasting en BIV
Motorhomes (de definitie van de DIV) of campers zijn in elk geval vrijgesteld van de Belasting op de Inverkeerstelling (BIV), ongeacht het rijbewijs dat je ervoor nodig hebt. Er geldt ook geen ecomalus in Wallonië, in tegenstelling tot bij personenwagens.
Voor wat betreft de jaarlijkse verkeersbelasting hangt het tarief af van het gewicht van het voertuig. In Wallonië en Brussel hangt de jaarlijkse verkeersbelasting af van de massa van de wagen, zoals voor bedrijfsvoertuigen. In ieder geval blijft het bedrag onder de € 180.
In Vlaanderen is het bedrag van de verkeersbelasting vergelijkbaar, maar wordt er rekening gehouden met andere criteria op basis van de onlinesimulator van de Vlaamse belastingdienst.
Waalse vrijstelling voor incidenteel gebruik
In Wallonië bestaat in het kader van de verkeersbelasting – in tegenstelling tot de andere gewesten- een vrijstellingsregeling voor incidenteel gebruik van de motorhome.
Als de camper maximaal 30 dagen per jaar wordt gebruikt moet geen verkeersbelasting betaald worden. Het systeem werkt met een hernieuwbaar formulier dat 12 maanden geldig is op de verjaardag van de inschrijving. Elke reis gedurende het jaar moet op het formulier worden ingevuld. De camper mag om van de vrijstelling te genieten per jaar dus niet langer dan 30 dagen worden gebruikt op de openbare weg. Om de vrijstelling te verkrijgen, moet je naar een loket van het gewest gaan om je te laten registreren en het in te vullen routeblad te verkrijgen. Na de periode van 12 maanden moet het formulier binnen 30 dagen na de vervaldag worden teruggezonden voor controle en vernieuwing van de belastingvrijstelling. Anders zal je toch moeten betalen.
Federale fiscaliteit voor campers/mobilhomes : VAA, CO2-bijdrage, fiscale aftrekbaarheid
Voor de federale fiscaliteit moet nagekeken worden of het voertuig door de fiscus al dan niet erkend is als lichte vracht. De fiscale regels wijken daarbij gedeeltelijk af van de regels gebruikt door de autokeuring.
Om voor de federale fiscaliteit erkend te zijn als lichte vracht dienen een aantal technische vereisten voldaan te zijn. De volledige uitleg over de vier categorieën van lichte vrachtauto’s vind je via deze link.
Volgens de op de site van de overheid opgesomde regels beantwoordt een kleine camper, door het ontbreken van een tussenschot in principe niet aan het federale fiscale criterium om als lichte vracht beschouwd te worden. Dit zou bij grotere mobilhomes mogelijk wel het geval kunnen zijn.
Het fiscaal aftrekken van de in verband met de camper gemaakte kosten in functie van het beroepsgebruik is wel degelijk mogelijk, bijvoorbeeld bij een zelfstandige persoon of eenmanszaak die de camper (deels) beroepsmatig gebruikt.
Wat met een camper als firmawagen?
Als een camper door een werkgever ter beschikking wordt gesteld als bedrijfswagen gelden de reeds vermelde regels om al dan niet erkend te zijn als lichte vracht.
Indien de camper in kwestie fiscaal niet erkend is als lichte vracht volgens deze regels wordt hij als bedrijfswagen gelijkgesteld met een klassieke personenwagen en dus volgens de normale regels belast, met een fiscale aftrekbaarheid in functie van de CO2-uitstoot, een CO2-bijdrage volgens de formule die voor personenwagens geldt en een berekening van het Voordeel van Alle Aard volgens formule van de personenwagens. Dat dat voor campers geen voordelig resultaat oplevert is duidelijk.
Wanneer hij fiscaal wel erkend is als lichte vracht gelden dezelfde federale fiscale regels als voor een klassiek licht bedrijfsvoertuig.